My Oma's Biography.
Born on November 30, 1914, Mrs. Cornelia Van Amerongen immigrated from Holland in 1958, with her husband and nine children. She and her husband moved to Hamilton, Ontario, Canada, where they lived until her death on November 11, 1990. Mrs. Van Amerongen enjoyed writing poetry. Her love for writing has been passed to some of her children and grandchildren.
OMA'S POEMS
Prayer
O, Guide me God,
Let me obey
I am a poor lost sinner
O Saviour, help me to see
that life and death,
it comes from Thee.
He shed His blood
and cleanseth me,
O, Lord, be my Redeemer.C.V.A.
Rejoice
Smile a bit, and joke a bit,
But pray every day.
Help the lungs a bit,
Sing a song today.
Think of Jesus every day;
In your troubles and joys,
Let the sunshine in your heart,
Love God, and rejoice!
C.V,A.
Oh, how I love
You there above.
You know my feelings,
and I pray,
Oh, God forgive,
And make me live,
Will be my Help, my Stay.
Let me rejoice,
And let my voice
Be singing every day,
To Jesus Christ, Him I adore,
In Him, I am safe for evermore.
Oh, how I love
You there above.
You know my feelings for you.
Oh, God, forgive,
And make me live,
To Your Glory and Victory.
C.V.A.
Autumn.
The sun has set,
The sky was red
I saw the falling leaves
It was Autumn,
and the breeze was rustling through the trees.
Never, oh never I saw a golden shining
like this. The leaves were
falling far and dying.
It was God's work
It was His hands.
If the winter's full of sadness,
After that He gives us gladness
He makes everything alright,
after darkness comes the light.
C.V.A
When the duties are very pressing,
I feel the blessing.
Every day and every hour,
God will bless me and take care.
C.V.A.
Vrede
Eens lagen er herders te wachten,
In velden van Efratha
Toen kwamen er englen en brachten
De tijding van Bethlems stal,
zij zongen ter ere van 't kindeke,
En eerden ook God bovenal.
Gods Liefde in die heilige nacht,
Bracht Vrede op deze aard.
De eng'len kijken ootmoedig neer,
De Kribbe werd een Kruis.
Wij knielen, door Uw Liefde o Heer,
Eens brengt Gij ons dan thuis.
C.V.A.
Strijders
Bedevaart gangers
Christen, aanhangers
Strijden, tot "Gods Glory"
Voor Hem is de Victory
zij vechten blij,
en maken zich vrij.
Vrijheid praters
Femelaars, haters
Strijden hun strijd
en eren hun god
zij alle weten
hoe zij God vergeten,
in Zijn gebod.
C.V.A.
HEDEN, VERLEDEN, en TOEKOMST
Kerstfeest is nu weer nabij,
en het einde van het jaar.
We denken dan aan vreugde en smart
dat wij hadden met elkaar.
O er waren tegenspoeden,
maar steeds gaf Gij uitkomst Heer
En met Uwe grote Liefde
zag Gij op Uwe kinderen neer.
Uren, dagen, maanden, jaren,
duizend zijn bij U slechts, een,
En het einde van die jaren,
weet Gij, Vader, Gij alleen.
Laat ons buigen Hem ter eer.
Knielen voor Zijn kribbe neer.
Vrede zal op aarde dagen
Ook de vrede in ons hart.
God alleen heeft welbehagen,
Als wij knielen voor de Man van Smart
Laat ons juichen, laat ons loven
Here t'gaat ons verstand te boven
Maar wij weten, door het kruis,
voert Gij ons eens in t'Vaderhus.
C.V.A.
Our Talents
May you ever, either be working
waiting, or watching in deed
gathering, sowing or watering seed.
God, who His Son did send
gave you a talent.
Don't say, "I have not."
This blessing is from God,
This blessing may give grain
Throw it into the ground again,
Which, when taking root,
With God's blessing brings forth fruit.
There is work for you
That no one else can do.
This favour with God and His love,
Is a blessing,and ending above
A Work for your Master's Glory;
A Triumph from His Victory.
C.V.A.
Mijn Verlangen
Naar U, o God, is mijn Verlangen
k' Verlang naar U te gaan
Mijn hart is soms zo bange,
Dat dit voorbij zal gaan.
Ver in die hoge sferen
is die hemel, een lied
die Koning daar te eren,
Hij die het al gebied.
t'Verlangen, wordt beneden
Door mij, wel vaak bekoeld
Och, Bron, zet Gij uw schreden
Nast mij, dat k' word omspoeld
met Uwe waterbeken,
zo helder en zo klaar,
Uw wateren vloeien, maar
t' Verlangen word een smeken.
Maar hoe vaak ik ook griefde
Hoe dikwijls ik ook viel
Uw grote, grote Liefde
is t' Verlangen, waarvoor ik kniel.
C.V.A.
Bidden.
Bidden is een simpel speech
Wat kleine lippen zeggen;
Bidden is een lofuiting, iets
Wat groten niet verbergen.
Bidden kan ook smeken zijn
Voor hen, die zijn gevallen;
Bidden mag ook feestlijk zijn
Voor honderd, duizend tallen.
Bidden is een geheimenis
Waar van God de openbaring is.
Bidden, Here 't is soms zeuren;
Word Gij mij dan nooit eens zat.
Steeds om kleinigheden treuren,
Maar Gij houd mijn hand gevat.
Ja, O Here, Gij verhoort;
Daarom bid ik voort!
C.V.A.
Daniel Stroop.
De Prins
Een Mongolisch kind, O wat een schrik,
Ik zag het in een ogenblik,
Wat heeft dit kind, voor waarde?
O mijn God, Hoe kan ik dit aanvaarden?
Is het een straf? dat Gij mij gaf?
Een jongetje zo als Hij?
Neen, hoor, ik zeg, hij is speciaal,
en speciaal zijt Gij.
Ik gaf het in je schoot ,
Geef het je liefde, breng het groot.
Weet je dan niet, mijn kind?
Dat hij is een Konings kind?
Want eenmaal zal Hij mij
Aanschouwen in de Goude Stad,
Volmaakt zal ik hem kronen,
Eens hij zal eeuwig bij Mij wonen.
Van Oma.
DIT GEDICHTJE IS VOOR CONNY'S MOEDER
(Conny heeft Cerebral Palsy)
TOT TROOST
O mijn lieve kleine meid
Hoeveel nachten heb ik geschreid,
Omdat jij niet lopen kan
En als ik je in mijn armen nam
Dan drukte ik je aan mijn hart
En overspoelde mij de smart
Mijn hoop verviel, en mijne handen
Omklemde jou, mijn onrust brandde,
Waar, was mijn Rots, waar?
Was mijn vertrouwen?
Kan ik dan niet meer op HEM bouwen?
Ik smeekte God, O laat mij hopen,
Geloven, dat zij mag gaan lopen!
Geef mij de kracht, de sterkte Heer!
Dit kind van mij, het is zo teer.
Geef mij de wijsheid en geduld,
opdat ik zo mijn taak vervuld,
En ik haar steeds mag geven
DE HOOP, want Hoop doet LEVEN
Sterk mijn geloof, het is vaak klein
Geef voor de toekomst, zonneschijn.
En maak mijn onrustig harte stil
t' geschiede alleen om Jezus wil (Amen)
Gedachten van haar
liefhebbende Oma C.V.A.
Eenheid
Als wij wachtend samen staan;
Tot de poorten open gaan
Wachtend, in een rij,
Zijn wij allen dan wel blij?
Eenheid nu, t'is haat en nijd;
Christus Kerk, is niet bereid.
Straks zegt Gij, he` hij en zij,
Horen die er ook wel bij?
Geeft elkander nu de hand,
Dat houd Christus Kerk in stand.
God, Hij slaat U met het zwaard,
Als Gij niet het kruis aanvaard.
Liefde O Here, Gij ziet neer,
Kinderen, Gods gaan vaak te keer.
Zie Uw Zoon en strek Uw Hand,
Leid ons veilig, naar Uw Land.
C. V. A.
Het Boek, Gods.
Als ik lees, herlees
Het Boek der Boeken,
Vind ik t'steeds nieuw,
En dan ga ik zoeken
Dan ontdek ik steeds, een
Open zin, een
Nieuw begin.
Een licht, dat nimmer
Word gedooft,
Zo ik het geloof,
Geen woord hoeft toegevoegd.
Het maakt me rijk,
Een blijde openbaring,
Van Gods Koningkrijk.
C.V.A.
Erven.
Gij hebt mij toe bedeeld O, God,
Geheiligd door Uw Licht.
Geef mij de kracht en kennis, Heer
Op dat K'me beijver tot Uw eer,
Uw bloed dat vlood op Golgotha;
Schenkt mij gena.
Heden, morgen en Gij
Als je bij een stervende staat;
En de dood ziet in 't gelaat,
Zegt het tegen U en mij,
Heden, ik en morgen jij.
God roept, en jij moet gaan,
Jij kunt niet maar blijven staan.
Ik schuif in de lange rij,
Heden, ik en morgen jij.
Zalig, die in Christus sterven;
zij, zullen Gods rijk beerven.
Niet meer bang voor de eeuwigheid;
Heden, morgen, en altijd.
C.V.A.
Christ is Coming.
Soon the time is there,
Christ will come in the air!
What you have done,
What you did say,
Just wait and see, and pray.
If your consciences are clear,
What is there to fear?
Have you done your duty?
Have you played your part?
God, He gives His blessing,
He makes free your heart.
C.V.A.
Think, Before You Speak.
One word can roughly tear apart
The happiness, and break a heart.
Let see you are a Christian,
And watch your tongue.
Think of it.
Did I say something wrong?
It is up to you,
That you go the right way;
So speak the Truth,
and start today.
C.V.A.
You can't go wrong,
If you listen carefully, to
What the Bible said.
Wherever you may be,
Walk step by step, and day by day.
Christ, He will walk with you,
He is the Truth, the Way.
Believe in Him;
He leads you on His hand,
Through the world,
To a better Land.
C.V.A.
Thanks God, for this lovely day!
Spring is there, flowers are coming
out of the clay,
Thanks for this blessing, O Lord.
Why are some days bad,
And some of them heaven sent?
Is this a punishment?
Sometimes we see
Glimpses of beauty,
Wrapped in mystery,
Wonderful and strange in glory.
We are glad,
because Christ is risen from the dead!
It happened on Calvary,
On Easter day,
The Spirit of Christ's Victory.
C.V.A.
De Kerken zij vechten,
zij hameren en slechten.
Maar Gij hebt geleerd,
Dat uw kerk triomfeert!
Gij zet paal en perken,
En bevestigd Uw werken,
Op dat wij mogen verstaan,
Dat uw kerk niet ten onder zal gaan.
C.V.A.
Hij is op gestaan.
De nagel in Uw vlees gedreven
Gij liet het toe, en gaf,
Mij 't leven voor Uw leven
geopend werd het graf,
Verezen uit de dood!
Hoe heerlijk, O hoe groot
Zijt gij die't al doorstaan
In al Uw heerlijkheid,
De hemel is in gegaan!
Waar Gij nu Koning zijt.
Verrijzenis, verrijzenis,
Geen leed en ook geen vrezen.
Hij is verrezen
Verlost van aardse
banden.
Geloven we, en zijn Zijn
panden,
Gij, Koning, Gij de levensvorst,
Heeft ons verlost.
C.V.A.
De Avond Zon.
Ik zat aan het strand;
In 't mulle zand,
Te kijken naar de volle pracht
Dat God heeft voort gebracht.
Hoe de zon in al haar heerlijkheid,
Verglijd in zee.
Een vuurbal het heelal
In kleuren zet,
En was het net
Of dat de Hemel open ging,
En k'even maar,
De gouden pracht mocht zien
Die binnen was!
Maar ....... alras,
Vergleed het, t'was voorbij;
Doch t'mooie, al het mooie bleef voor mij.
C.V.A.
1953.
Offer Dag.
Roerloos ligt de aarde
Verstild, met wit gewaad.
Als menigte te samen,
Weer naar het Gods Huis gaat.
Het wit bedekt de doden,
Door t'water hen gebracht,
En t'heeft in vele harten,
Een ware storm gebracht.
T'is een bede dag, een smeken
Voor hen die achter bleef
God toornig, moet gij wezen
Dat gij zo hard deed slaan,
Uw kinderen in kastijding,
Hen zo deed stille staan.
Schenk, Heer, schenk ons ontferming
Wij kunnen niet alleen.
Leid ons door al de zee`en
Van s'werelds machten heen;
Laat ons toch niet verdrinken,
In t'slijk zie ons berouw,
Op dat Uw toorn moog keren,
In onverwrikte trouw.
C.V.A.
Ik ben de Weg, de Waarheid
en het leven
God, Hij Zelf heeft ons die
Hoop en troost gegeven.
Ga allen dan tot Hem,
Die vermoeid zijn en belast
Zijn Liefde geeft ons Licht,
Zijn Handen houden ons vast.
De deur staat open,
Gij kunt daar binnen gaan.
Op Hem kunt gij hopen,
Hij gaat en staat vooraan.
C.V.A.
Young people don't understand
How quick the years go to an end.
If you are old, you have to go.
Times end when? We don't know.
If old and young, look up
to the cross
Then we wish all of us
to see Jesus.
C.V.A.
Het morgen licht gaat stromen.
Als de donkere nacht verdwijnt,
En dat Licht, gaat komen,
Als de dageraad verschijnt.
Nu snellen dagen henen,
Ze komen niet weer om.
De zon en de maan beschenen,
De aarde, tot Hij roept, "Kom."
God telt de jaren, dagen.
Ze zijn voor Hem slechts `e`en
En t'einde, kunt gij vragen?
Dat weet God, Hij alleen.
Dan gaat de boze wijken.
De aarde word belicht,
Door Christus, onze Here
En in dat Rijk gaan prijken,
God's kinderen in Zijn Licht.
C.V.A.
De Pret.
Een kindje met blonde krullekens,
Een lachje om haar mond,
Zit in het wiegje,
En haar spullekens
Liggen op de grond.
Wie komt daar zachtjes binnen?
T'is Moederke, ze lacht,
Nu gaat het spel beginnen,
Waarop het kindje wacht.
Moe buigt zich over het bedje,
En pakt haar liefste schat,
En zo begint het pretje;
Het kindje gaat in bad.
De Moeder en het kindje;
Ze lachen en hebben pret,
En als ze weer gekleed is,
Dan moet ze weer naar bed.
Wie? Denk je van hen beiden,
Had er schik het meest?
Ik denk het was voor beiden,
Voor hen, een heel groot feest!
C.V.A.
Grootje
Op het klinker paadje,
Gaat een oud Omatje.
Ze heeft een dikke stok
En bij ieder stapje,
Geeft de stok een tapje.
Tip, tap, tip, tap, top.
T'oudje, ze gaat gebogen;
Heeft een brilletje voor haar ogen
En een omslag doek,
Over haar vogel kopje,
Zij gaat tot de hoek.
Tip, tap, tip, tap, tokje,
Doet haar dikke stok;
En haar stramme benen
Brengen haar daar henen.
Plotseling staat ze stil,
En haar rimpel snuitje
Kijkt door het ruitje van haar bril,
En haar mondje stamelt,
T'haspelt en het hamelt.
Hu, wat is het kil;
En het oud Omatje
Gaat op het klinker paadje,
Weer terug naar huis.
In haar kleine huisje,
Staat haar wit fornuisje,
Gauw weer gloeiend heet.
Knusjes in haar stoeltje;
Bij haar keurig boeltje,
Zegt ze dan heel luid,
Ik ga niet meer uit.
C.V.A
Hi, friendly bird on the green branch!
How lovely is your voice!
I never ever heard a song
as beautiful as yours!
Oh, tell me, tell me, friendly bird,
Who is the maker of your voice?
Oh, tell me, tell me, friendly bird,
Who is the maker of your voice?
Oh, yes, I know now, t'is the Lord!
He gives you this lovely voice.
My heart is joyful of your song,
To hear that lovely voice.
But now I know, you friendly bird,
He is the Maker of the whole earth!
But now I know, you friendly bird,
God is the Maker of the whole earth!
C.V.A.
The Butterfly.
I saw a butterfly coming
Down at a blossom tree,
The petals white as snow,
Were falling down.
The ground was covered
With a thousand petals.
All of a sudden,
The butterfly did fly away!
Fly, fly, butterfly,
Fly high in the sky.
Oh, come, take me along,
Oh, butterfly, that I can fly,
Also high in the sky!
C.V.A.
Geloofd Zij God, de Heer der Heren,
Voor deze dag, Hem zij de ere!
Vijftig jaar lang, door vreugde en leed,
Was Hij het, die zijn kinderen, nooit vergeet!
Gij mocht terug zien, naar het begin,
Van nu, een uitgebreid gezin.
Weer zijt gij bij een mijlpaal aan gekomen;
Het leven, dat gaat snel, verliest zijn kleur.
Doch, in al uw herrineringen,
Ziet gij God's liefde, en Zijn zegeningen;
Hij stelt u niet teleur;
Zo gij niet had geloofd,
Dat Hij uw wegen leide,
Dan was het leven dood.
Hij was getrouw, tot aan het einde;
Uw levenspad is dan niet moeilijk meer.
Gij mag, dan buigende belijden,
Het is al van U, ja, al van U, O, Heer!
God zegende u beide,
Door het geloof.
Wees dan getrouw, tot aan het einde;
Uw levens pad is dan niet moeilijk meer.
Als Gij dan buigende mag belijden,
Het is al van U, ja, al van U, O, Heer!
C.V.A.
Ik wil Uw liefde loven,
Al begrijpt mijn ziel het niet.
Het gaat mijn verstand te boven,
Dat Gij, zo groot ons ziet!
De raadselen in ons leven;
Het verleden gaat voorbij,
En de toekomst, wat zal het geven?
T'is een mysterie, dat weet Gij.
Ik denk aan al dat Gij ons gebracht heeft;
Gaat over van geslacht op geslacht,
Dat steeds Uw aangezicht over ons mag lichten,
Dat licht dat in de duisternis straalt!
C.V.A.
Christus, geboren een Kerst kind,
Werd door velen bemind.
Christus, die wonderen deed,
En voor heel de wereld leed,
Christus in de dood gegaan,
En weder op gestaan!
Christus, ten hemel gevaren,
Komt weder na vele jaren.
C.V.A.
November 30, 1914 - November 11, 1990